In verband met nieuwe wet- en regelgeving moeten de stoomtreintjes in het Zuiderpark in Den Haag per 1 april aan belachelijk strenge regelgeving doen. Hierdoor mag Stoomgroep West Zuiderpark tot nader order niet met passagiers rijden.
Overgereguleerd land
“Alles wordt overgereguleerd in dit land. Door deze regeldrift komen ook de stoomdagen in april te vervallen. BVNL vindt het te gek voor woorden dat kinderen niet meer op de treintjes vervoerd mogen worden en er geen bezoekers meer op het terrein van de Stoomgroep mogen komen. Er wordt op gehandhaafd en de boetes zijn hoog. Treintjes mogen nog wel door het Zuiderpark rijden, maar volgens de nieuwe regels mag er niemand in de buurt van de rails komen. Geen verzekering dekt een eventuele aanrijding op het spoortje, hetgeen nog nooit gebeurd is”, aldus Hart voor Den Haag fractievoorzitter Richard de Mos en woordvoerder Zuiderpak Monique van Stuijvenberg, die willen dat er ontheffing komt op deze veel te strenge regels. De Mos stelt raadsvragen.
Roos Bongers, jarenlang machinist en vrijwilliger bij Stoomgroep West Zuiderpark is actief vanaf 1975. “De stoomtreinen worden nu door de overheid aangemerkt als ‘attractie’ en vallen onder dezelfde regels als kermisattracties, of pretparken. Niet alleen wordt Stoomgroep West Zuiderpark gepakt, maar deze maatregel geldt dus voor alle hobby stoomtreingroepen in het land. Hoe de regels precies zijn, weet nog niemand. Maar kinderen en ouders wordt in ieder geval veel plezier ontnomen.”
Kamervragen BVNL
Ook BVNL-Kamerlid Wybren van Haga is niet te spreken over de regeldrift. “Heel veel plezier wordt nu ontnomen aan al die kinderen, niet alleen in en rond het Haagse Zuiderpark, maar ook bij leuke dagen en evenementen elders in het land. Zoals het rondrijden op treintjes, Puch- en Oldtimerdagen. Bij de komende Puchdag in Loosduinen komt het minitreintje wel, maar zal het hoogstwaarschijnlijk rondrijden zonder kinderen erop, of in de buurt. Ronduit betreurenswaardig. Deze minitreintjes zijn 15 cm hoog, kinderen moeten in kleermakerszit en machinist zit altijd schuin om goed zicht naar achteren te houden. Er is in al die jaren nooit wat gebeurd, ja een keertje een pleister voor een gestruikeld kindje”, aldus Van Haga.
Roos Bongers stelt dat het toezicht op veiligheid er altijd al was. “Ik heb altijd een verbanddoos bij mij. Die gaat nooit open. Aanpassingen die de overheid gaat eisen zijn abnormaal en variëren van speciale opbouwen waar mensen in vast zitten (zoals bij de achtbanen), tot aan veiligheidsriemen. Daarnaast moeten de vrijwilligers hele logboeken gaan bijhouden waarin ieder schroefje of moertje gecontroleerd moet worden. Dit wordt welhaast een onwerkbare situatie.”