Kamerlid Olaf Ephraim: “De overheid moet klein en dienstbaar zijn, in plaats van bepalend en controlerend.”
De Europese Centrale Bank heeft verregaande plannen om een digitale euro in te voeren als alternatief voor contant geld. BVNL ziet de toegevoegde waarde niet en heeft grote zorgen over de toenemende controledwang van de overheid. ‘Een doosje sigaren niet, een veganistische algenburger wel?‘
Minister Kaag (D66) van Financiën voert als een van de redenen voor de invoering aan dat het gebruik van contant geld als betaalmiddel afneemt. “Als dat al zo is; waarom zou de digitale euro daar het antwoord op zijn? We hebben toch immers al de mogelijkheid tot pinnen en digitale betalingen?”, zegt Kamerlid Olaf Ephraim die ook stelt dat de overheid straks onze bestedingen kan monitoren middels een digitale identiteit en digitale portemonnee.
Achter de voordeur
“Ik kan mij niet aan de indruk onttrekken dat de overheid een steeds grotere drang voelt om achter de voordeuren van de burgers te kijken. Onlangs ontvingen we ook het omstreden voorstel om alle betalingen vanaf 100,- te gaan monitoren. De digitale euro past naadloos bij mijn stellingname dat de overheid een steeds grotere controle lijkt te willen uitoefenen”, zegt Ephraim. “Men zou zelfs kunnen gaan bepalen wat mensen wel of niet mogen aanschaffen. Een doosje sigaren niet, een veganistische algenburger wel? Een vliegticket niet, een treinkaartje wel?”, vraagt Ephraim zich hardop af. “De overheid moet klein en dienstbaar zijn, in plaats van bepalend en controlerend.”
Democratische basis
Bij het besluit tot invoering van de digitale euro ‘dient er een stevige democratische basis te zijn’, schrijft minister Kaag aan de Kamer. “Dat klinkt allemaal aardig natuurlijk, maar in dezelfde brief heeft de minister het al over de implementatiefase. Wat is die ‘democratische basis’ dan? Is dat slechts een OK-stempel van de nationale parlementen of moeten we bijvoorbeeld ook aan een volksraadpleging denken?”, zijn vragen die Ephraim vandaag aan minister Kaag stelt.
“Wat BVNL betreft: ‘we are watching Big Brother’ en niet andersom.”