De inzet van het coronatoegangsbewijs (CTB) – en het daarmee inperken van grondrechten – is alleen geoorloofd als daarvoor een aantoonbare grote noodzaak is voor de volksgezondheid. Deze noodzaak is er niet. Desondanks weigert minister Kuipers van VWS het CTB af te schaffen, met als reden dat deze moet worden ingezet ‘om de samenleving voor iedereen te heropenen’.
BVNL wijst de minister op de inconsistentie van deze argumentatie. Tenslotte, als er – wetenschappelijk en medisch aangetoond – geen dusdanige dreiging voor de volksgezondheid bestaat dat er daarvoor grondrechten mogen worden ingeperkt, is er ook geen noodzaak voor het gebruik van een grondrechten schendende ‘tool’ om de samenleving te heropenen. Zeker niet als deze tool aantoonbaar nauwelijks effect zal hebben.
BVNL vraagt de minister dan ook: wat is de échte reden van het in stand houden van het CTB in Nederland? Realiseert de minister zich dat zijn drogredenering zijn geloofwaardigheid en betrouwbaarheid ondermijnt? Is de minister zich ervan bewust dat het feit dat hij geen logische verklaring kan geven voor zijn beleidskeuzes het wantrouwen van de burger in de overheid alleen maar voedt? Begrijpt de minister dat zijn handelen, bij gebrek aan adequate uitleg, voer is voor de complottheorieën die dit kabinet naar eigen zeggen zelf zo graag de wereld uit wil hebben?
BVNL wil het kabinet niet verdenken van een alternatieve agenda, die ergens anders op gestoeld is dan het waarborgen van de volksgezondheid. Tegelijkertijd kunnen wij de redenering van de minister in het kader van diezelfde volksgezondheid niet volgen. Daarom verzoeken wij de minister met klem zo snel mogelijk te komen met feitelijke, onderbouwde tekst en uitleg voor het blijven inzetten van het CTB. Anders kunnen wij niet anders dan concluderen dat de volksgezondheid hiervoor niet de reden is.