BVNL wil veel beter zicht op zedendelinquenten

De dood van de 9-jarige Gino heeft BVNL zeer geschokt. Wij leven intens mee met de nabestaanden. Het is onverkwikkelijk dat de verdachte in 2017 al eens werd veroordeeld voor het bedreigen en mishandelen van twee jongens en het misbruik van zeker één van hen. Het gebeurt te vaak dat zedendelinquenten opnieuw over de schreef gaan.

Wat BVNL betreft is er onvoldoende zicht op de groep zedendelinquenten met een recidivegevaar. Maar een beperkt deel van de zedendelinquenten krijgt bijzondere voorwaarden opgelegd bij voorwaardelijke veroordeling, strafbeschikking, voorwaardelijk sepot of schorsing van de voorlopige hechtenis. Voorbeelden van bijzondere voorwaarden zijn het opleggen van een gebiedsverbod, een verplichting tot behandeling door een zorginstelling of een verbod contact te leggen met bepaalde personen. 

“De groep waarvan daadwerkelijk recidive is te verwachten is groter dan de groep met toezichtmaatregelen. Zo kan sprake zijn van een zedendelinquent met hoog recidiverisico wiens toezicht afloopt of die überhaupt niet onder toezicht is gesteld. Dit laatste komt bijvoorbeeld doordat de rechter het advies van de reclassering over het risico en de benodigde maatregelen niet overneemt,” aldus Van Haga, die ook wil weten of de politiële toezichttaak niet een te vrijblijvend karakter heeft. 

Vragen van het Wybren van Haga aan de minister van Veiligheid en Justitie inzake het monitoren van zedendelinquenten:

1) Bent u bekend met het bericht ‘Advocaat: verdachte in zaak-Gino eerder veroordeeld voor misbruik’?

2) Klopt het dat er bij zedendelinquenten die kinderen misbruiken en vermoorden, een uitzonderlijk hoog risico op recidive is? 

3) Wat is er gedaan met de conclusies van het onderzoek  Van de Bunt, Holvast en Plaisier uit 2011 dat concludeerde dat het toezicht op zedendelinquenten verbeterd kan worden? Graag een gedetailleerd antwoord.

4) Wordt een dader van zo’n gruwelijk misdrijf standaard onderzocht op psychopatie? Zo ja, met welke methode? Volstaat die methode en is die in lijn met de meest vooruitstrevende methoden van onderzoek, bijvoorbeeld neurologisch hersenonderzoek? Kunt u de Kamer informeren over de nieuwste wetenschappelijke onderzoeksmethoden naar psychopathie?

5) Bent u bereid als doel te stellen: nul vermoorde kinderen door zedendelinquenten? Zo nee, wat vindt u wel acceptabel? Zo ja, bent u het ermee eens dat de huidige strafoplegging en bijzondere voorwaarden onvoldoende werken om recidive te voorkomen?

6) Bent u bereid met wetsvoorstellen te komen indien de maatregelen daar om vragen?

7) Bent u bereid alles op alles te zetten om te voorkomen dat er nog meer slachtoffers vallen? Klopt het dat er geen beleid is om slachtoffers van zedendelinquenten te voorkomen? Bent u het ermee eens dat dat een blinde vlek is in het beleid?

8) Wat gaat u doen om potentiële slachtoffertjes te beschermen? (Modus operandi van zedendelinquenten breed te verspreiden, door veroordeelde zedendelinquenten met foto in de krant te zetten – vergelijk most wanted lijst met gezochte zedendelinquenten- , sirene of geurarmbanden die geactiveerd kunnen worden en de aanvaller doen vluchten- breed onder de aandacht te brengen, eventueel gratis te verstrekken voor belangstellenden.

9) Wat zijn de ontwikkelingen van het monitoren van zedendelinquenten nadat in 2018 het startpunt van intensievere samenwerking met Reclassering en OM werd gegeven? Is teruggekeken op leerpunten en ontwikkelingen?

10) Klopt het dat de groep zedendelinquenten, waarvan daadwerkelijk recidive is te verwachten, groter is dan de groep met toezichtmaatregelen? Graag een gedetailleerd antwoord. 

11) Bij hoeveel procent van de zedendelinquenten worden bijzondere voorwaarden, zoals  het opleggen van een gebiedsverbod, een verplichting tot behandeling door een zorginstelling of een verbod contact te leggen met bepaalde personen, opgelegd? Graag een gedetailleerd antwoord. 

12) Hoe is de politiële toezichttaak op zedendelinquenten geborgd? Graag een gedetailleerd antwoord, waarbij u duidelijkheid schept over de uitvoering door de betrokken politiemensen. 

13) Hoe is de samenwerking tussen de betrokken instanties inzake het monitoren van zedendelinquenten? Is voor de reclassering duidelijk wat zij van de politie mag verwachten en vice versa? Graag een gedetailleerd antwoord, zeker ook omdat binnen de politie werd getwijfeld of het monitoren van zedendelinquenten wel een primaire politietaak is.

14) Bent u bereid met de allergrootste spoed maatregelen te treffen waarvoor geen wetswijziging nodig is?

Ben jij al lid van BVNL?

Door lid te worden van BVNL profiteer jij van allerlei voordelen.