Hoeveel vertrouwen heeft u in het nieuwe kabinet Schoof en hoe kijkt u terug op de Tweede Kamerverkiezingen en de formatie? BVNL stak de thermometer in de samenleving met behulp van peilbureau Peilsnel.nl.
Er is veel aan de hand in ons land. De problemen en vraagstukken zijn groot en politieke ontwikkelingen volgen elkaar snel op. BVNL vindt het belangrijk om te weten hoe u denkt over actuele, maatschappelijke kwesties en het politieke klimaat in Nederland. Daarom laten wij vanaf nu door peilbureau Peilsnel.nl regelmatig peilingen uitvoeren onder honderden mensen, waarmee we waardevolle momentopnames maken van de publieke opinie in ons land. De uitkomsten geven aan waar mensen zich zorgen over maken, wat hun prioriteiten zijn en hoe ze aankijken tegen de toekomst. Dit zijn belangrijke inzichten waarmee we kunnen begrijpen wat er in leeft in de samenleving. Graag delen we de resultaten van de eerste peiling die wij hebben gedaan met u.
Wilt u ook uw mening geven over wat er gebeurt in Nederland? Meld u dan aan om deel te nemen aan de peilingen van Peilsnel.nl Als u zich heeft aangemeld ontvangt u vanzelf bericht van Peilsnel.nl als er een nieuwe peiling is.
Vraag 1: op welke partij heeft u bij de Tweede Kamerverkiezingen van november jl. gestemd?
De resultaten voor de eerste vraag over partijvoorkeur laten het volgende beeld zien: de PVV scoort het hoogst met 26% van de stemmen, gevolgd door BVNL (20%) en BBB (19%). JA21 komt op de vierde plaats met 14% en FVD op de vijfde plaats met 12%. De overige partijen scoren aanzienlijk lager, met 2% of minder voor VVD, GroenLinks/PvdA, CDA, NSC, D66, SP, DENK, PvdD, SGP, CU en VOLT.
Vraag 2: vertrouwen in de ministersploeg van minister-president Schoof
De resultaten voor de tweede vraag over het vertrouwen in de ministersploeg van minister-president Schoof laten het volgende beeld zien:
Veel vertrouwen: 5%
Redelijk wat vertrouwen: 39%
Weinig vertrouwen: 16%
Geen vertrouwen: 32%
Weet niet: 8%
Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de respondenten (44%) redelijk wat tot veel vertrouwen heeft in de ministersploeg van minister-president Schoof. Echter, een significant deel (48%) heeft weinig tot geen vertrouwen. Daarnaast is er ook een groep van 8% die hierover geen mening heeft.
Vraag 3: meest vertrouwde minister
De resultaten voor de vraag over welke minister het meeste vertrouwen geniet volgens de respondenten, zien er als volgt uit:
• Judith Uitermark: 5%
• Sophie Hermans: 2%
• Eelco Heinen: 3%
• David van Weel: 6%
• Mona Keijzer: 13%
• Casper Veldkamp: 4%
• Reinette Klever: 19%
• Ruben Brekelmans: 3%
• Dirk Beljaarts: 2%
• Femke Wiersma: 7%
• Barry Madlener: 13%
• Eppo Bruins: 3%
• Marjolein Faber: 7%
• Eddy van Hijum: 6%
• Fleur Agema: 7%
Uit de resultaten blijkt dat Reinette Klever met 19% het meeste vertrouwen geniet, gevolgd door Mona Keijzer en Barry Madlener met elk 13%. Andere ministers die relatief veel vertrouwen genieten zijn Femke Wiersma, Marjolein Faber en Fleur Agema, elk met zo’n 7%. De overige ministers scoren lager, met percentages tussen de 2% en 6%.
Vraag 4: minst vertrouwde minister
Uit de resultaten blijkt dat de minst vertrouwde ministers volgens de respondenten zijn:
• Judith Uitermark: 7%
• Sophie Hermans: 6%
• Eelco Heinen: 8%
• David van Weel: 7%
• Mona Keijzer: 2%
• Casper Veldkamp: 9%
• Reinette Klever: 2%
• Ruben Brekelmans: 14%
• Dirk Beljaarts: 6%
• Femke Wiersma: 4%
• Barry Madlener: 4%
• Eppo Bruins: 9%
• Marjolein Faber: 5%
• Eddy van Hijum: 10%
• Fleur Agema: 7%
Vraag 5: vertrouwen in minister-president Schoof
Volgens de resultaten van de peiling heeft de meerderheid van de respondenten weinig tot geen vertrouwen in minister-president Schoof:
Veel vertrouwen: 4%
Redelijk wat vertrouwen: 10%
Weinig vertrouwen: 18%
Geen vertrouwen: 65%
Weet niet: 3%
Deze resultaten laten zien dat er onder de respondenten duidelijk weinig draagvlak is voor het leiderschap van minister-president Schoof. De uitkomsten suggereren dat er op dit gebied nog werk aan de winkel is om het vertrouwen van de bevolking te herwinnen.
Vraag 6: meningen over moties van wantrouwen tegen PVV-ministers
Volgens de resultaten van de peiling zijn de meningen over de moties van wantrouwen tegen de PVV-ministers als volgt verdeeld:
Terecht, beide bewindspersonen zijn racistisch: 5%, onzinnig, geef beide bewindspersonen een kans: 85%, geen mening: 10%
Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de respondenten (85%) de moties van wantrouwen tegen de PVV-ministers onzinnig vindt en vindt dat beide bewindspersonen een kans verdienen. Slechts 5% vindt de moties terecht, omdat de ministers volgens hen racistisch zijn. Daarnaast heeft 10% van de respondenten geen mening over deze kwestie.
Deze uitkomsten suggereren dat er onder de peilers meer begrip is voor de PVV-ministers dan voor de moties van wantrouwen tegen hen. De resultaten geven aan dat een ruime meerderheid van mening is dat de ministers de kans moeten krijgen om zich te bewijzen, in plaats van direct te worden weggestuurd.
Vraag 7: meningen over excuses van minister Agema
Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de respondenten (78%) de excuses van minister Agema als ‘onzin’ beoordelen – Agema mag als minister ook een mening hebben. Daarnaast vindt 15% dat de excuses ‘terecht’ waren – Agema is nu minister en moet zich onthouden van posten op X. De overige 7% heeft ‘geen mening’ over deze kwestie.
Vraag 8: meningen over verhoging btw-tarief boeken, kranten en tijdschriften
Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de respondenten (85%) het plan om het btw-tarief op boeken, kranten en tijdschriften te verhogen een slechte zaak vindt. Zij zijn van mening dat een goed functionerende pers van belang is voor een goed functioneren van de democratische rechtsstaat.
Een kleine groep van 7% vindt de verhoging prima, omdat het extra geld oplevert voor andere uitgaven. Daarnaast heeft 8% van de respondenten geen mening over deze kwestie.
Vraag 9: meningen over hoofdlijnenakkoord PVV, VVD, NSC en BBB
Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de respondenten (80%) het hoofdlijnenakkoord tussen PVV, VVD, NSC en BBB steunt. Slechts 10% keurt het akkoord af, terwijl ook 10% geen mening heeft over deze kwestie. Deze uitkomsten suggereren dat er onder de deelnemers aan de peiling een breed draagvlak is voor de samenwerking tussen deze partijen. De respondenten lijken positief te staan tegenover de richting die het nieuwe kabinet met dit akkoord inslaat.
Vraag 10: meningen over de Wet betaalbare huur
Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de respondenten (65%) van mening is dat met nog meer overheidsbemoeienis op de woningmarkt de huren verder zullen stijgen. Slechts 24% denkt dat oud-minister Hugo de Jonge er met deze wet voor heeft gezorgd dat de huren zullen dalen. Daarnaast heeft 11% geen idee wat deze wet inhoudt.
Deze uitkomsten suggereren dat er onder de deelnemers aan de peiling twijfels bestaan over de effectiviteit van deze overheidsmaatregel. De respondenten lijken weinig vertrouwen te hebben in de Wet betaalbare huur als instrument om de betaalbaarheid van wonen te verbeteren.
Vraag 11: spijt van stem bij Tweede Kamerverkiezingen van november jl.
De resultaten met betrekking tot de spijt van stemmen bij de Tweede Kamerverkiezingen van november jl. zijn als volgt:
Ja, ik zou nu zeker op een andere partij stemmen: 40%
Nee, ik ben tevreden met mijn uitgebrachte stem: 50%
Weet niet: 10%
Uit de resultaten blijkt dat de helft van de respondenten (50%) tevreden is met hun uitgebrachte stem bij de Tweede Kamerverkiezingen. Echter, een significant deel (40%) geeft aan dat ze nu op een andere partij zouden stemmen. Daarnaast is er ook een groep van 10% die hierover geen mening heeft.
Deze uitkomsten suggereren dat er onder de deelnemers aan de peiling een aanzienlijke mate van spijt is over de gemaakte stemkeuze tijdens de laatste Tweede Kamerverkiezingen. Hoewel de meerderheid tevreden is, is er ook een grote groep die achteraf liever voor een andere partij had gekozen.
Vraag 12: Huidige stemvoorkeur als er nu verkiezingen zouden zijn
Uit de resultaten blijkt dat als er nu verkiezingen zouden zijn, de volgende stemvoorkeuren zouden gelden:
• PVV: 30%
• BVNL: 26%
• BBB: 21%
• JA21: 14%
• FVD: 9%
• VVD: 0%
• GroenLinks/PvdA: 0%
• CDA: 0%
• NSC: 0%
• D66: 0%
• SP: 0%
• DENK: 0%
• PVDD: 0%
• SGP: 0%
• CU: 0%
• VOLT: 0%
Huidige stemvoorkeur
Uit de resultaten blijkt dat de PVV met 30% de grootste partij zou zijn, gevolgd door BVNL (26%) en BBB (21%). JA21 zou met 14% de vierde partij worden, terwijl FVD op 9% zou uitkomen. Alle overige partijen scoren 0% in deze peiling.
Deze uitkomsten laten zien dat er onder de respondenten een duidelijke voorkeur is voor de populistische en nationalistisch georiënteerde partijen. De traditionele partijen als VVD, GroenLinks/PvdA, CDA en D66 lijken volgens deze peiling geen aanhang meer te hebben.
Vraag 13: verwachtingen over duur Kabinet-Schoof
Uit de resultaten blijkt dat de meerderheid van de respondenten (65%) denkt dat het Kabinet-Schoof nog dit jaar zal vallen. Daarnaast verwacht 14% dat het kabinet in 2025 zal vallen, terwijl 21% denkt dat het kabinet de hele rit zal uitzitten. Deze uitkomsten suggereren dat er onder de deelnemers aan de peiling weinig vertrouwen is in de stabiliteit en houdbaarheid van het huidige kabinet. De respondenten lijken er weinig geloof in te hebben dat Schoof en zijn ministersploeg de rit zullen uitzitten.
Conclusie
De resultaten van deze eerste peiling van Peilsnel.nl bieden een interessant inkijkje in de meningen en verwachtingen van een brede groep Nederlanders. De uitkomsten laten zien dat er onder de respondenten veel steun is voor populistische en nationalistisch georiënteerde partijen als PVV, BVNL en BBB. Deze partijen zouden volgens de peiling samen goed zijn voor een ruime meerderheid van de stemmen als er nu verkiezingen zouden zijn.
Tegelijkertijd blijkt er weinig vertrouwen te zijn in het huidige Kabinet-Schoof. Een meerderheid van de respondenten denkt dat dit kabinet nog dit jaar zal vallen, en slechts een minderheid gelooft dat het de hele rit zal volmaken. Ook het vertrouwen in minister-president Schoof en zijn ministersploeg is laag.
Opvallend is verder dat een grote groep kiezers spijt heeft van hun stemkeuze bij de laatste Tweede Kamerverkiezingen. Veertig procent zou nu op een andere partij stemmen. Dit suggereert dat er onder de bevolking een aanzienlijke mate van onvrede en teleurstelling heerst over de huidige politieke situatie.
De resultaten van deze peiling bieden waardevolle inzichten die relevant kunnen zijn voor toekomstige politieke besluitvorming. Ze laten zien dat er onder een belangrijk deel van de kiezers een sterke behoefte is aan verandering en een koerswijziging in het regeringsbeleid. Dit is een signaal dat beleidsmakers zouden moeten meenemen in hun overwegingen.